Naar aanleiding van de nieuwsuitzending van Omroep Zeeland van 7 december 2010 met betrekking tot het onderwerp “wijkagent” wil ik u graag deelgenoot maken van mijn ervaringen op dit gebied.
Ruim twee weken geleden wilde ik contact met onze wijkagent. Gezocht in het telefoonboek, zonder resultaat. Gezocht op internet en de site www.politie.nl/zeeland kent het fenomeen “wijkagent”, maar wederom geen telefoonnummer. Dus maar eens een poging gewaagd via “wel politie, geen haast” 0900-8844. Daar vindt men het de normaalste zaak van de wereld, dat de wijkagent niet bereikbaar is door middel van rechtstreeks telefoonnummer. Er werden mij twee mogelijkheden aangeboden: de man achter 0900-8844 kon een email sturen aan de wijkagent met het verzoek contact met mij op te nemen, of hij kon mij met de wijkagent doorverbinden. Mijn keuze was de laatste optie, dus werd ik doorverbonden. Zonder succes, want de telefoon werd niet opgenomen.
Dus weer 0900-8844 gebeld en weer contact met de man van even daarvoor. Die wist ook meteen de reden van het niet beantwoorden van de telefoon: de wijkagent had een dagje verlof. Het kostte moeite, maar ik heb mijn mening over het functioneren van de persoon aan de andere kant van de lijn niet geuit en ook nu doe ik dat niet.
Bleef over de optie van de mail. De wijkagent was een week later kennelijk terug van zijn dagje verlof, want toen nam hij contact op met mij. Nadat ik het probleem duidelijk had gemaakt, kreeg ik van hem de toezegging, dat hij weer contact zou opnemen, als hij het probleem had geanalyseerd en eventueel een oplossing voor ogen had. We zijn nu weer een week verder: het probleem is onverminderd aanwezig en ik heb nog niets gehoord. Het deel “geen haast” weet men tot in de perfectie uit te voeren.
Dertig jaar geleden liep hier nog de traditionele agent rond met één hand aan het stuur van zijn dienstfiets en de andere hand op de rug. Het hardnekkige gerucht gaat, dat hij zelfs zijn echtgenote een bon gaf, omdat zij tegen de richting in door de Paspoortstraat fietste! Later was er dan de wijkagent, die een werkplek had in de bibliotheek en daar op gezette tijden aanspreekbaar was.
Nu zien we de wijkagent(e) hier nooit, ondanks het verhaal van de heer Nagelkerke in dezelfde nieuwsuitzending. Een buitengewoon doorzichtig verkooppraatje door een leidinggevende, die daarmee het werkelijke probleem niet wilde benoemen: bezuinigingen. Maar wat mij nog het meest bevreemdt, is het feit, dat zo’n wijkagent niet rechtstreeks benaderbaar is. Dat heeft toch helemaal niets met een wijkagent te maken! Volgens van Dale is een wijkagent: een politieagent, belast met de surveillance in een wijk. Een heel enkele maal zie ik wel eens een politievoertuig met zorgvuldig gesloten deuren door het dorp gaan, maar de wijkagent(e) ken ik niet, ondanks het gegeven, dat ik vrijwel dagelijks meermaals door het dorp wandel/fiets.
Tot slot wil ik u en uw fractiegenoten veel succes wensen in de poging iets aan de situatie te verbeteren.
Met belangstelling zie ik uw reactie tegemoet.
Met vriendelijke groet,
Fred van den Bogaard